Cognitieve stoornissen bij kinderen met hartafwijking: onderzoek Playing for cognition
Kinderen met een hartafwijking hebben een grotere kans op neurologische problemen. Vaak uit zich dit in een stoornis van bepaalde denkfuncties van de hersenen; de cognitieve functies.
Hartekinderen kunnen hier dagelijks last van hebben. Ze hebben bijvoorbeeld meer moeite met het onthouden van informatie en het concentreren op een bepaalde opdracht. Binnen het project ‘Playing for cognition’ worden Virtual Reality en serious games ingezet om cognitieve stoornissen bij kinderen met een hartafwijking op te sporen en de cognitieve functies te trainen.
Cognitieve stoornissen ontdekken en behandelen
Op dit moment worden cognitieve stoornissen onderzocht met een neuropsychologisch onderzoek waarbij één onderzoeker in een prikkelarme omgeving meerdere schriftelijke testen afneemt. Dit bootst het dagelijks leven niet goed na. Daarnaast is de standaardbehandeling bij een cognitieve stoornis vaak saai en hierdoor moeilijk vol te houden. Dit vraagt om een vernieuwde aanpak.
Inzet van Virtual Reality en serious games
Neuropsychologen, kindercardiologen, statistici en VR designers van het UMC Utrecht, het Wilhelmina Kinderziekenhuis en het UMC Groningen zijn het innovatieve onderzoek ‘Playing for cognition’ gestart. Met behulp van Virtual Reality (VR) en serious games testen zij een nieuwe manier om cognitieve stoornissen bij kinderen met een hartafwijking op te sporen en de cognitieve functies te trainen. Door het toevoegen van spelelementen wordt de motivatie om te trainen verhoogd en tegelijkertijd kunnen de denkfuncties beter in kaart worden gebracht dan met het standaard neuropsychologische onderzoek.
Op alle spellen voor aandacht, executieve functies en geheugen deden de kinderen met hartafwijkingen het ongeveer even goed als de controlekinderen. Binnen de groep hartekinderen waren er wel grote verschillen in prestatie op de VR Serious Game, maar niet bij het neuropsychologisch onderzoek. Dit zou erop kunnen wijzen dat de game beter in staat is om subtiele verschillen in denkfuncties op te sporen.
Bekijk hier het wetenschappelijke artikel dat onlangs verscheen met de resultaten over dit onderzoek.
Betrokken centra en onderzoekers
Onderzoeksleider: Dr. Tanja Nijboer, afdeling psychologische functieleer Universiteit Utrecht
De studie is een samenwerking van neuropsychologen, kindercardiologen, statistici en VR designers van:
– Universiteit Medisch Centrum Utrecht
– Wilhemina Kinderziekenhuis
– Universitair Medisch Centrum Groningen
